Berlijn en Insel Rügen van 5 tot 22 mei 2005
Donderdag 5 mei:
We vertrekken om half tien uit Meteren. We gaan eerst naar Ede om Koos weg te brengen. Hij blijft deze vakantie bij de Hoffjes en gaat volgende week met Karen terug naar Meteren.
We drinken nog koffie in Ede en vertrekken dan rond kwart voor elf naar Apeldoorn om George even gedag te zeggen. Onderweg komen we tot de ontdekking dat we de sleutel voor Karen nog in onze tas hebben. Gelukkig niet echt een probleem, want thuis in de gang hangt er nog een.
Bij George zien we allereerst een groot bord “Verkocht” in de tuin staan. De meubels staan nog wel binnen, maar het ziet er al onbewoond uit. George is ook niet thuis. We laten een briefje achter en gaan dan richting Berlijn.
We rijden over Enschede de A1, de E30 en A2 en zijn rond half vijf net voorbij Braunschweig. Daar gaan we van de grote weg af en parkeren de auto voorbij een klein dorpje Neindorf aan de rand van een bos en tussen velden met koolzaad.
We maken nog een wandeling, eten bloemkool en liggen lekker om 9 uur al op bed. We slapen heerlijk.
Vrijdag 6 mei:
We zijn vroeg op om half acht. We ontbijten, wassen en aankleden en om half negen rijden we. We tanken bij de Autohof bij Neindorf en om 12 uur rijden we de Alexandrinenstrasse in het centrum van Berlijn in. Hier is een camperplaats bij de firma Steinbock en zoon. Kosten: 15 euro per dag inclusief stroom en 24 uur bewaakt.
We eten wat en om 13 uur zitten we op de fiets om Berlijn te zien.
We beginnen bij checkpunt Charly, rijden vervolgens naar de Potzdammerplatz, Brandenburger Tor, de Reichstag en fietsen dan langs de Spree richting Oosten.
We drinken koffie bij de Hackischer Markt en bekijken de Hackische Hoefe. Rond vijf uur zijn we weer terug bij de camper. We eten vandaag sla met een hamburger en gebakken aardappeltjes. Het is heel gezellig de bedrijvigheid op zo’n camperplaats te bekijken. ’s Avonds doen we een spelletje en om half elf liggen we in bed.
We worden ’s nachts 3 x wakker van de sirenes van ambulances en/of politieauto’s.
Dat zijn echter wel de zaken die bij de grote stad horen.
Zaterdag 7 mei:
Na het ontbijt om 10.30 uur op de fiets naar de Kurfurstendamm. Daar staat de Wilhelmkerk, in de 2e wereldoorlog kapotgeschoten en nooit meer helemaal herbouwd. Het is tevens het winkelhart van West Berlijn. Wij kijken er lekker rond, winkelen doen we niet en rijden daarna richting Mitte naar de gedenknaald. Deze naald stond eerst bij de Brandenburgertor, Hitler heeft hem echter laten verplaatsen.
Vanaf de Naald hebben we een prachtig uitzicht op de Brandenburger Tor. De brede laan er naar toe leent zich met uitstek voor de parades, die er vroeger vaak zullen zijn geweest.
We fietsen over de laan er naar toe. Er is een grote manifestatie van de alle politieke partijen. Vanavond wordt een ketting van 34 km van Oost- naar West Berlijn gemaakt voor vrede alom.
Het is vandaag kouder dan gisteren. We besluiten in café “Het Rathaus” een kop soep te eten en ons wat op te warmen.
Daarna gaan we tot slot naar “The Eastside”, aan de oostkant van Berlijn. Hier is nog een origineel stuk muur bewaard gebleven. In de loop der jaren heeft men deze muur gebruikt om er gevoelens van onmacht en afschuw op weer te geven d.m.v. tekeningen en teksten.
Om vijf uur zijn we op de camperplaats. In Totaal hebben we deze 1,5 dag toch 44 km door Berlijn gereden. We eten bij de Italiaan. ‘s Avonds douchen we lekker, doen een spelletje, borreltje erbij en om half elf gaat het licht weer uit.
Zondag 8 mei 2005:
Moederdag: we ontbijten met een eitje en gaan de camper rijklaar maken. Vandaag gaan we richting Oostzee. We bezoeken eerst nog wel Potsdam en het concentratiekamp Sachsenhausen. Twee heel verschillende dingen.
Potsdam is erg toeristisch en druk. Er staat een file te wachten om te parkeren. Wij besluiten hier niet aan te sluiten, maar door te rijden.
Sachsenhausen is indrukwekkend, dat gevoel hebben we tot nu toe al met alle concentratiekampen gehad. Gelukkig maar dat we er niet aan wennen. Dit kamp is trouwens qua oppervlakte wel het grootste wat we tot nu toe hebben gezien.
Rond twee uur rijden we verder richting Oostzee. We stoppen rond 16 uur bij Triepert, een klein dorp net voorbij Fuerstenberg. Het is weer een camperplaats, zo te zien net nieuw aangelegd. We betalen E. 6,50. Tot het weer opklaart ruimen we wat documentatie op en werk ik dit verslag bij. Daarna lopen we naar het dorp.
We slapen onrustig van wat we gezien hebben.
Maandag 9 mei 2005:
Om 8 uur staan we op. Piet zet het water op en gaat in het dorp verse broodjes halen. Ik dek de tafel en zet koffie. We rijden om 9 uur weg richting Insel Rügen.
Onderweg tanken we. We varen over van Stahlbrode naar Glemisch. Op het eiland blijken campers niet erg welkom te zijn gezien de prijzen. We moeten wat zoeken, maar de beloning is een plek aan de haven in Sassnitz, in de nok van het eiland.
We fietsen naar het dorp (een flinke klim). De bakker is zo veel klimmen, dat we besluiten morgenochtend onze reservevoorraad aan te spreken. Het weer is slecht, het onweert en regent, maar we hebben uitzicht op zee en dat vergoedt veel. We kopen ook nog een zg dose fisch, wat een conservenblikje haring in saus blijkt te zijn. Morgen gaan we fietsen.
Dinsdag 10 mei:
De hele nacht heeft een koelwagen in onze buurt gestaan. Ik ben er heel af en toe even wakker van geworden, maar ja dat is de prijs die je betaalt, als je gratis wilt overnachten.
Na het ontbijt zitten we om 9 uur al op de fiets. We gaan de Konigstuhl in Hagen bekijken. De reis begint met het beklimmen van 2x 50 trappen, die Piet wel even doet met 2 fietsen. Dat is dus met 1 fiets 2 x 50 trappen op, weer 2x 50 trappen naar beneden en dan met mijn fiets 2x 50 treden op. Ik draag de video, maar ben eigenlijk zo in de ban van het sjouwen van Piet, dat ik vergeet er een filmpje van te maken.
Nu blijkt conditie toch een rol te spelen. We pauzeren even voor we aan de eigenlijke fietstocht gaan beginnen. Op dat moment weten we nog niet, dat de weg ongeveer 5 km alleen maar langzaam omhoog gaat.
Na 2 km en tig keer afstappen, lopen, weer een stukje fietsen houd ik het voor gezien.
We gaan samen terug en dan blijkt ook hoe we omhoog zijn geklommen. We denderen naar beneden en voelen de kou (8°) op onze borst en ons hoofd.
Daarnaast blijkt de weg voor het grootste deel uit kinderhoofdjes te bestaan, wat tot in je voeten doordreunt.
Eenmaal beneden zijn we allebei een beetje naar en licht in het hoofd. We duiken het eerste het beste café in en bestellen een kop koffie met een kersenvlaai.
Daarna rijden we terug naar de camper en besluiten richting Kap Arkona (het Noordelijkste puntje van het eiland) te rijden.
Onderweg kopen we 4 broodjes en rijden door naar Putgarten. Daar parkeren we de camper voor 5 euro en mogen tot morgenochtend 9.30 uur blijven staan.
We eten de broodjes met een knakworstje en pakken de fiets naar Kap Arkona.
Het is niet ver, wel erg leuk om te doen. Helaas hebben we ook nu het weer niet mee. Tussen de regenbuien door (lekkere warme chocolademelk in een kroegje met uitzicht op zee) zien we eigenlijk alles wat de moeite waard is.
’s Avonds gaan we in het dorp Putgarten eten. Scholfilet met salade en gebakken aardappelen. Het is geen succes, maar wel gezellig zo samen.
Om 9 uur liggen we in bed. Op het parkeerterrein staan nog 10 andere campers.
Woensdag 11 mei:
Ik sta vanmorgen op om brood, koffie en eieren te maken. Half acht vind ik een mooie tijd, als je de vorige avond al om 9 uur op bed lag.
Om half negen zijn we klaar en rijden we richting Stralsund. Weer even vaste wal onder de voet.
We zijn er rond 10 uur. We rijden langs de Noordhaven en vinden een wereldplek voor nop.
Piet maakt koffie en gaat daarna de stad verkennen. Ik lees eindelijk in de Da Vinci Code. Als Piet thuiskomt met broodjes pikken we even een uurtje. Na de lunch gaan we om 12.30 uur de stad in.
Het is een mooie oude Hanzestad met de daarbij behorende oude gebouwen.
We winkelen wat, ik koop nog een broek bij P & C. Rond vier uur zijn we bij de camper. Het parkeerterrein is ineens vol. Er staan inmiddels 8 campers.
We hebben een prachtig uitzicht op het leven in de haven. ’s Avonds krijgt Piet ineens een opgezette knie, die erg warm aanvoelt
Donderdag 12 mei:
Piet besluit vanmorgen toch even langs de dokter te rijden. Er wordt vocht uit de knie gehaald en hij krijgt medicijnen. Morgenochtend terug. We lezen vandaag lekker en gaan niet weg.
Vrijdag 12 mei:
We rijden om 7 uur al weg naar de dokterspraktijk. Om half acht moet Piet er zijn. Ik wacht aan de overkant in de camper. Tegen acht uur komt hij terug met rekening. Het valt allemaal nog wel mee, rustig aan doen en in Nederland toch terug naar de huisarts. We rijden naar een parkeerplaats bij het station en maken daar ontbijt.
We vervolgen onze reis over Rostock, Lubeck naar Egestorf tussen Hamburg en Hannover aan de A7.
Hier parkeren we op een camperplaats. We betalen hiervoor 5 euro, maar het is wel een heerlijk plekje. Inmiddels hebben we erg veel urinelucht. Het cassettetoilet lekt. We proberen het zoveel mogelijk schoon te maken, maar de stank blijft. Pas als we thuis zijn kunnen we het verhelpen.
Piet heeft toch nog last van zijn knie. We maken echter wel een wandeling. Morgen rijden we door naar Hameln.
Zaterdag 13 mei:
We slapen uit en rijden tegen elven richting Hameln. Het weer wordt beter en tegen vier uur komen we op de camping “Zum Fährhaus” in Hameln aan.
We kunnen hier voor 7 euro buiten het hek overnachten. Voor die 7 euro kunnen we alleen ons vuile water kwijt. Maar goed, Hameln ligt op loopafstand.
Helaas zullen we Hameln niet zien, want de knie van Piet is dik en hij heeft nu ook een hele dikke enkel vol vocht. Na overleg met de campingbeheerder eten we nog warm en daarna rijd ik naar huis. Om kwart voor tien ’s avonds rijden we het parkeerterrein van het ziekenhuis in Tiel op.
Na onderzoek rijden we nog langs de apotheek in Geldermalsen en zetten daarna koers naar Gorinchem, omdat Karen inmiddels met Koos in ons huis in Meteren zit en aan haar scriptie moet werken. We slapen op het parkeerterrein bij Arjan en Lisette. Kletsen even wat bij met de meiden en Arjan en bewonderen onze nieuwe kleinzoon Antonie.
Zondag 14 mei:
We rijden naar “Buiten de Waterpoort” in Gorinchem, lopen ’s middags even de stad in en doen een bakkie bij Anke op haar werk. Het is stralend weer, alleen Piet’s knie werkt niet mee en we besluiten dus aan het eind van de middag naar huis te gaan.
Al met al is het een onrustige vakantie geworden, waar we beiden niet echt van zijn uitgerust.